Doorgaan naar hoofdcontent

Inpakken en wachten...

Zodra de vertrekdatum in zicht komt, begin ik lichtelijk onrustig te worden. Ik ruik de stal en mijn volledig inactieve status slaat als een blad aan de boom om in efficiency als vanouds. Terwijl echtgenoot het liefst de boel wil rekken tot de allerlaatste seconde, begin ik pak 'm beet drie dagen van tevoren al de eerste spullen in te pakken. Liever eerder, maar daar krijgt echtgenoot uitslag van. Als het aan mij lag, zette ik de wekker op de dag van vertrek om asap in de auto te zitten. Heeft volstrekt geen zin met een echtgenoot die iedere vorm van planning niet in zijn genen heeft zitten. Komt bij dat ik me met het inpakken voor de terugreis - prop alles maar waar nog een gaatje zit (dus hoe moeilijk kan het zijn?) - óók niet mag bemoeien.

Amai!

Maar het kan altijd nog erger. Zo hadden wij eens plezante zuiderburen naast ons staan. Vier kinderen met ons pap en ons mam. Zij hadden thuis waarschijnlijk iets te enthousiast het spel 'We gaan op vakantie en nemen mee...' gespeeld. Amai, wat een spullen. Op de dag van vertrek begonnen zij vol goede moed, doch zonder enige vorm van organisatie, spullen in te pakken. Dat moet ik echtgenoot nageven, het gaat weliswaar langzaam maar er zit een plan achter. In de ochtend leek het nog de goede kant op te gaan, maar zo na de lunch kwam de klad er bij de Belgische buurtjes in. Spullen gingen weer uit de auto, bergen speelgoed werden verplaatst van A naar B en de kinderen gingen er van lieverlee maar weer mee spelen. Ons pap en ons mam kwamen maar niet verder. Ergens tegen het eind van de middag lag er nog net zoveel rotzooi als in de ochtend. Dan eerst maar eten dachten ze. Na het eten begon het hele circus weer van voren af aan en begonnen we medelijden met ze te krijgen. Met vereende krachten zijn we allemaal gaan helpen. Finally, tegen een uur of elf 's avonds kon dan eindelijk de auto gestart worden en stond bijkans de halve camping klaar om ze uit te zwaaien. Zo opgelucht waren we. Oók voor hun! De oudste zoon zat met opgetrokken knieën tegen zijn fiets aan (zes fietsen hadden ze mee!). Zelfs echtgenoot moest bekennen dat dít toch echt ongekend was.

Optimistisch

Ik ben dit jaar optimistisch gestemd, want de camping schrijft voor dat je om 10 uur van je plek moet zijn. Iemand zei "Nee joh, mag ook om 12 uur", maar daar zeg ik natuurlijk niks over tegen echtgenoot. Ik weet wel wanneer ik mijn mond moet houden. De bedoeling is dat we daags voor vertrek alles in de auto hebben, inclusief de Bell-residence. Ter compensatie slaap ik de laatste avond in een polyester gedrocht (ik bedoel maar). Dan hoeven we alleen nog maar de slaapspullen in te laden. Ready to go! Dat is het plan althans.... Met echtgenoot weet je het maar nooit tenslotte. 

PS Echtgenoot vraagt waar mijn blog dit keer over gaat. Over inpakken. "Nu al?"

Update 17 augustus: wij vertrokken iets over half 10 in de ochtend! Nog nooit gebeurd. 



Polyesterpauper :-)
Foto: Ingeborg

Reacties

Populaire posts van deze blog

Wachten en wegwezen...

Na de nodige panne met onze auto in Nederland, diverse reparaties en dus een allerlaatste check bij de garage, reden wij op een zaterdagochtend goedgemutst richting Frankrijk. Dat was het idee althans, want na iets meer dan 200 kilometer gaf de auto er de brui aan. Iets met oliedruk dit keer. Verslagen stonden we in de verzengende hitte bij een Belgische vangrail. Onwetend nog van de marathon die we moesten afleggen om onze tocht voort te kunnen zetten. Een sleepdienst bracht ons naar een desolaat stukse België waar in de wijde omtrek de totale leegte ons bij de keel greep. Tegenover de garage zat alleen een frietkot en wij vroegen ons nog af waarom in hemelsnaam op deze verlaten plek. Het antwoord volgde; uuuuuuren later. Dus... Toen we nog steeds op dezelfde plek stonden. Beide Pubers hadden intussen natuurlijk trek en staken de weg over voor wat frituurvoer. Voor de liefhebbers: je kunt hier dus een frikandel van 35 centimeter bestellen. Hoe! Ranzig! Echtgenoot voerde intussen...

Loodzware loodjes...

Met ineens twee pubers op de middelbare was het afgelopen jaar best een dingetje. Voor ons, wel te verstaan. Grote puber ging naar gymnasium 3 en kleine puber sleepte zich vol weerstand naar de brugklas. Waar de oudste altijd stijf staat van de zenuwen, is de jongste geheel gevrijwaard van stress. Juist dat geeft  ons extra kopzorg, maar dit terzijde. Standaard kwam kleine puber vaak opgewekt thuis met zijn perceptie van een toets: Het. Ging. PRI-MA! Die laatste twee vragen; daar had hij jammer genoeg geen tijd meer voor gehad. Bij vraag vier had hij de berekening een beetje | een beetje? | fout. Vraag drie was hij niet helemaal zeker van. En | jemig | vraag zeven was echt belachelijk, want dat was stof die ze niet hadden hoeven leren. Maar, overall: "Het ging dus PRI-MA!" Lol In weerwil van mijn voornemen, scrolde ik het afgelopen jaar in tweevoud als een bezetene door Magister. Met vier proefwerkweken | x twee, is dus acht op de Schaal van Ouderparticipatie! | en tus...

Wat een drive...

Zoals peuters het woord 'Neeheee!' elke dag stampvoetend bezigen, ligt bij pubers het 'Jahaaa, zohooo...' in  de mond bestorven. Ik heb er thuis twee. Plus een echtgenoot die in stilte hetzelfde denkt | en doet | en dat schiet allemaal niet op natuurlijk. Ik draag het moedig, maar wennen zal het nooit. Draai ik op de avond van terugkomst al minimaal drie wasmachines, de heren in Casa Edison vliegen na de vakantie naar WiFi en PlayStation en vlijen zich vervolgens neer op de bank. En denk ook niet dat ze halverwege kunnen stoppen met een spel op de PS. Ik vraag het weleens, maar wordt dan weggehoond door twee verontwaardigde kinderen. Nog erger is het als ik met de stofzuiger voor de tv langs loop: "Nu ben ik 'dood', omdat jij ervoor stond mam!" Data Anders wordt het als een puber zelf iets wil. Dan komt er ineens een voortvarendheid voor de dag waar je u tegen zegt. Zo had kleine Puber het op zijn heupen met voetbalspullen. Nog voor vertrek slaagd...